Tagarchief: Kluun

Column: Waar het nu om gaat ervaar je in Zuidhorn

Bij Pauw en Witteman was Kluun. Hij schreef een boek God is gek. Een onderzoek naar de rol en betekenis van religie voor hemzelf. En in deze tijd. Je zag dat Pauw en Witteman zich geen raad wisten met het onderwerp en dat de andere aanwezigen hen verweten geen oog te hebben voor de betekenis die religie voor mensen heeft. Dat ze kennelijk van mening zijn dat mensen die religie serieus nemen dom zijn, niet nadenken. Terwijl steeds meer mensen juist nu op zoek zijn naar betekenisgeving, hun buik vol hebben van de dominantie van rationaliteit.

Eerder deze week stond ik voor een zaal in Zuidhorn. Er waren zo’n kleine 250 mensen. De laatste maanden laat ik in vrijwel al mijn voordrachten zien hoe rationaliteit negeert wat alleen in evolutie ontstaat. Ik gebruik cases uit onze boeken en filmpjes om het te laten zien. Ik laat zien hoe de rationalist alleen betekenis geeft aan invloeden die rationeel aan elkaar te koppelen zijn. Wat je dan negeert, niet ziet. Hoe variëteit verloren gaat. Wat duurzaamheid is als je uitgaat van betekenisgeving. Hoe uitgaan van jezelf en doelen stellen die je rationeel wilt waarmaken nu het adagium is en huishoudt als rationele methode van organiseren. Hoe dat er uitziet bij dienstverleners: in de zorg, bij banken, verzekeraars, de hele overheid, enz. Hoe je voorspellend vermogen verliest als je geen evoluties ziet en denkt dat zelfs wat alleen in groei kan ontstaan maakbaar is.
Zo ook in Zuidhorn. De zaal was muisstil, ik had echt contact en werd bedankt met groot applaus. Daarna stond de gastheer op om mensen uit te nodigen vragen te stellen.

Zoals gebruikelijk doen mensen dat niet direct. Ze zijn nog bezig met wat ze gehoord hebben een plekje te geven. Ik zag de gastheer dralen en zich ongemakkelijk voelen. Plotseling was er een mevrouw in de zaal die riep: “U heb het woord evolutie gebruikt. Dat vind ik vreselijk.”
Opnieuw muisstil. De gastheer keek me beschroomd aan en gaf me het woord.

Ik zei dat ik Darwin niet had genoemd, geen enkele keer verwezen had naar The Origin of species. Ze zei: “Dat is waar” op een toon van: “dat had er nog bij moeten komen.” Ik vroeg haar of ze kinderen had. “Wel negen.”
“Zo” zei ik, “dan hebt u gevoeld hoe ze geboren werden, hoe ze u leerden herkennen, hoe belangrijk geur en warmte voor hen is. Hoe ze gezichten gaan herkennen, hun armen en benen gecoördineerd leren te gebruiken. Hoe ze zo rond hun vierde jaar taal heel snel onder de knie krijgen. Heeft uw man ooit gezegd: “Nu wil ik weleens dat ze al aan het eind van het tweede jaar goed kunnen praten.” Nee. Natuurlijk niet. U weet dat dat niet gaat. Je kunt niet construeren wat alleen in groei kan ontstaan.”
Ik zag haar knikken. Ik ging verder. “Ik zou een student kunnen vragen om hier naartoe mee te komen en waar te nemen wat er vanavond gebeurt met u allen tezamen. Je ziet dan dat er coalities ontstaan van mensen die het wel en niet met me eens zijn of thema’s verder willen uitdiepen. Want ook u allen tezamen bent in een evolutionair proces met elkaar aan de gang. Maar u gaat uit elkaar en de evolutie valt terug, alhoewel er iets zal ontstaan dat we niet zullen zien maar mogelijk na verloop van tijd als het gegroeid is zullen waarnemen. Of u wilt of niet. Wat in wisselwerking ontstaat, is evolutie. We kunnen niet zonder. Het is het leven van alle dag. De vraag is of je in staat bent er zo naar te kijken.”

Ik kreeg na dat antwoord opnieuw een ovatie. De voorzitter stopte direct het vragen stellen, het bleef bij deze ene roep. Er kwamen mensen naar me toe die zeiden dat ze enorm blij waren met het verhaal, maar vooral met het antwoord. Ze zien wat evolutie is. Dat het erom gaat dat je open waarneemt wat er gebeurt, want dat is het leven van alle dag. Dat je daar taal aan verbindt en groei kunt zien als evolutie. En dat je ziet hoe kostbaar dat is. Dat het daar nu in deze tijd om gaat. Een paar mensen zeiden dat ze dit ervaren als een oefening in religie.

Ik heb de mevrouw van de vraag niet meer gezien, maar ik moet steeds aan die mensen in die zaal denken en aan de sfeer die inderdaad religieus voelde. Misschien moeten Pauw en Witteman wat vaker de provincie in, want in het Mediapark kom je dit soort mensen als in Zuidhorn nauwelijks tegen.

Wim van Dinten